Techniek
Ik blijf bij het schilderen erg dichtbij wat ik waarneem. Indien mogelijk gebruik ik de zgn.
'sight-size methode' (nederlands woord hiervoor bestaat niet geloof ik). Hierbij zet je het te
schilderen onderwerp zo dicht mogelijk bij het paneel of doek, zodanig dat je ze allebei in een
oogopslag kunt zien, evt door enkele stappen van de opstelling terug te doen. Zo kun je het
onderwerp en het schilderij het makkelijkste met elkaar vergelijken. Of je alles wat je ziet over
wilt en kunt nemen is een andere kwestie. Deze methode werd aangewend door veel 'salon'-schilders
eind 19e eeuw, zoals bijv. John Singer-Sargent.
Mijn palet bestaat min of meer uit een warme en een koele variant van alle primaire kleuren
(plus groen): dwz ik heb een groenachtig blauw en een roodachtig blauw, dan een blauwachtig groen en
een geelachtig groen etc... Hiervan dan de meest verzadigde variant die ik kan vinden. Daarnaast
gebruik ik nog transparant oxide rood, omdat deze erg geschikt is voor het mengen van grijzen in
combinatie met ultramarijn blauw donker (complementair).